Werken onder invloed van medicijnen?

Lang niet alle medicijnen vormen een risico voor het functioneren. Afhankelijk van het medicijn, overige medicatie en de persoonlijke situatie is autorijden of werken met machines niet toegestaan. Of het medicijngebruik risico’s vormt voor de uitoefening van werk of verkeersdeelname kun je het best bespreken met je arts of apotheker.

Gele sticker
Medicijnen waarvan bekend is dat ze de rijvaardigheid beïnvloeden hebben een waarschuwing op het etiket of er is een gele waarschuwingssticker op het doosje geplakt. Ook staat er dan een waarschuwing in de bijsluiter. Omdat niet elk medicijn evenveel invloed op de rijvaardigheid heeft, zijn deze medicijnen ingedeeld in drie categorieën:

  • Categorie I: alleen rijden als je geen last hebt van bijwerkingen zoals sufheid, duizeligheid of slecht zien. Overleg bij twijfel met arts of apotheker.
  • Categorie II: alleen rijden na een gewenningsperiode van enkele dagen of weken. Vraag je arts hoe lang de gewenningsperiode is bij het medicijn.
  • Categorie III: niet rijden zolang dit medicijn gebruikt wordt. Het CBR zal je niet rijgeschikt verklaren bij gebruik van dit medicijn.


Overleg

Wanneer de gele sticker ontbreekt betekent dit niet automatisch dat er geen risico’s zijn. Check daarom welke medicijnen van invloed zijn op werk of verkeersdeelname in het boekje “verkeersdeelname, adviezen bij geneesmiddelengebruik” van het KNMP. Je kunt de medicijnen ook checken via www.rijveiligmetmedicijnen.nl 

Om zeker te weten of je bij het gebruik van een bepaald medicijn kunt werken is het altijd goed om te overleggen met deskundigen. Naast de arts of apotheker kan ook de arbo-arts helpen. Die weet meestal ook meer van de aard van je werk.